Omgeving Myvatn
27 juni 2010 omgeving Myvatn
Vannacht lekker geslapen in ons campertje en vanmorgen was het tot onze verrassing nog steeds mooi weer. Dat is mazzel hebben in IJsland. Rustig buiten ontbeten en de boel weer bij elkaar gepakt.
We gaan eerst op zoek naar een cache in een kloof. Het lijkt erop dat we onderwater moeten zoeken, er staat zelfs een ladder in de grot in het water, maar daar hebben we geen trek in. Sonja geeft de moed niet op en schat in, dat er opzet in het spel is om je volledig om de tuin te leiden en gaat zoeken tussen de rotsen. En ja hoor, hebbes! We lopen weer terug langs deze mooie kloof en rijden door naar de lava tube ook hier lag weer een cache (gisteren kregen we deze door van een Zwitser) en zodoende kwamen we ook weer op deze prachtige plek. Je ziet hier een lavastroom die later is ingestort omdat deze hol was van binnen. Een heel raar gezicht 5 meter in doorsnede en dan van boven ingestort.
Dan rijden we naar de eruptiekrater Hverfjall deze ziet er van veraf ook echt uit als een vulkaan. Hij bestaat uit allemaal losse keien en grind en is volledig rond. We klimmen naar boven en lopen op de kraterrand. Het is een hele klim zo naar boven maar dan kunnen we ook mooi in de vulkaan zelf kijken, we zien niet veel anders dan nog meer grind en keien. We lopen een rondje wat niet echt gemakkelijk is omdat het echt keihard waait. Je moet dan ook goed opletten waar je loopt. Aan de andere kant van de top hebben we een overzicht over Dimmuborgir waar we later op de dag gaan lopen. Dan lopen we weer terug naar de camper en rijden verder naar het parkeerterrein van bovengenoemde plek.
We eten een broodje en drinken wat, want inmiddels is het alweer twee uur geweest. Op deze plek zie je allemaal lavaformaties. Deze zijn ontstaan doordat er eerst lava in een meer gestroomd was (na een uitbarsting).
De boven- en onderkant zijn toen snel afgekoeld waarna het meer natuurlijk opwarmde en het water via stoomgaten door de lava heen ontsnapte. Dit resulteerde weer in pijpen want langs de stoomgaten stolde het lava ook weer sneller. Vervolgens liep het overige lava plotseling weg waar door de lavapijpen bleven staan. De bovenste laag (tussen de pijpen) storte vervolgens in waardoor er allerlei vreemde formaties zijn ontstaan. Zo is het ongeveer gegaan, kan je het nog volgen? Het was een mooi gezicht allemaal.
Daarna doorgereden naar het Kraflaveld Leifjokkur, dit is een hele grote caldera. Hier zie je nog heel duidelijk de verse lava van een uitbarsting uit 1984. Deze lava is nog pikzwart in tegenstelling tot datgeen wat er al veel langer licht (dit is al helemaal grijs). Je gelooft het of niet maar van deze verse lava komt op sommige plekken nog steeds stoom omdat het nog niet is afgekoeld. Ook hier weer een solfatarenveld waardoor je mooie contrasten in kleur krijgt het felgele van de zwavelbronnen en het pikzwarte van het lava. Lava is trouwens vlijmscherp aan alle kanten zitten uitsteeksels daar moet je echt niet invallen. Het zonnetje is aan het verdwijnen want er komen steeds meer wolken binnendrijven, helaas. We zoeken een plekje op een camping in het dorp en gaan weer lekker uit eten in dezelfde bistro als gisterenavond.
Asbyrgi – Husavik – Myvatn
26 juni 2010 Asbyrgi – Husavik – Myvatn
En inderdaad veel weekendgasten en het was te merken dat het niet donker werd, even verderop was het tot diep in de nacht feest maar gelukkig we hebben de herriestoppers (oordoppen) mee en ook gebruikt. Vanochtend na een lekkere douche en een ontbijtje buiten in de zon de boel weer ingepakt en weer verder. We gaan via de weg 85 langs de kust naar Husavik. We hebben gelezen dat daar aan de Oostkant papagaaiduikers op de kliffen zitten en die willen we zien natuurlijk.
Bij het eerste uitkijkpunt zien we alleen maar nestelende meeuwen zitten, nou die vliegen thuis ook rond dus die kennen we al. Op een informatiebord lezen we waar ze wel zitten een stukje verderop. De plek staat niet op de kaart maar wel op onze topokaart op de GPS. Daar zoeken we een plekje voor de auto en lopen naar de kust. En ja hoor, onderaan de klif zien we ze zitten in het gras. Het is wel een eind weg maar al liggend op onze buik op het zachte gras/mos kunnen we ze met de verrekijker mooi bespieden. Ook via de telelens nog mooie fotos kunnen maken. Nu nog hopen dat ze gelukt zijn. Maar de papagaaiduikers of puffins hebben we gezien.
We rijden verder langs de kust en vlak voor Husavik staan we nog even te kijken naar de baai. Ze organiseren hiervandaan walvistochten maar ze zitten gewoon in de baai dus misschien zien we ze ook wel vanaf de kust. Helaas zien we ze niet, wel enkele dolfijnen. Een walvistocht gaan we niet doen. We hebben immers afgelopen januari in Costa Rica al van deze dieren mogen genieten. Vlak voorbij Husavik zien we grote stroompluimen uit de aarde komen, we zitten weer in vulkanisch gebied. Ook zien we hier dat ze de warmte gebruiken voor de kassenbouw waar ze tomaten en komkommers kweken, toch slim van die IJslanders.
Via de weg 87 rijden we naar het meer van Myvatn en onderweg rijden we langs de zwarte heuvels. Maar al gauw kunnen we onze blik werpen op het meer en ondervinden we de naam van dit meer. Myvatn betekend namelijk letterlijk muggenmeer. Gelukkig zijn het geen steekmuggen (denken we nu nog) maar hele kleine vliegjes, ze zijn er niet minder irritant om. Maar ja, als je wat wilt zien moet je er wat voor over hebben.
We rijden langs het meer en aan de oostkant gaan we naar Hverir. Hier is een solfatorenveld, dit is een veld waar allemaal kokende modderpoelen en zwavelbronnen liggen. En als we uitstappen ruiken we het al, rottende eieren. Maar wel mooi. Allemaal gaten in de aarde, soms met kokende modder en dan weer met een gat waar flink stoom uitgeblazen wordt.
Ook heeft de grond hier allerlei kleuren door de zwavel en andere giftige stoffen. We lopen via de paden over het veld. Je wordt hier gewaarschuwd vooral niet af te wijken van het pad want de aarde is hier op sommige plekken zo broos dat je zo door de aarde heen kan zakken. Als je dan alleen maar je been verbrandt mag je van geluk spreken. Dus we blijven netjes op het pad. Je kan ook berghelling Namafjall beklimmen en van daaruit heb je een mooi uitzicht over het hele veld. Dit doen we natuurlijk ook even, denken we. Het pad is echt vreselijk steil, je loopt continu schuin en dan niet alleen omhoog maar het paadje zelf ligt ook al schuin dus pijnlijke knieën en enkels. Maar dan komen we wel mooi boven en hebben een prachtig uitzicht. Er zijn een aantal mannen aan het werk en het blijkt dat je via de andere kant een makkelijker pad hebt. Dus we kunnen zo een rondje maken. (Voor mensen die deze plek ook nog gaan bezoeken raden we ze aan het pad rechtsom te nemen en ook weer terug, dit is makkelijker.)
Daarna rijden we nog even omhoog naar het Krafla systeem, dit is een grote caldera (een ingezakte vulkaan). Hier staat een geothermische krachtcentrale en er lopen dan ook allemaal grote buizen over de bergen. Aan het eind van het paadje is de vulkaan Viti, dit is een met water gevulde explosiekrater.
We besluiten niet zelf te gaan koken maar gaan eten bij bar bistro Gamli Baerinn, echt een aanrader. Ze hebben hier ook wifi dus daar maken we direct gebruik van voor het updaten van de website. We zetten de camper neer op camping Hlid vlakbij. We staan op een mooi plekje en kijken uit over het meer van Myvatn. Het zonnetje schijnt nog steeds dus weer een prachtige dag in het mooie IJsland.
Hofn – Oostkust – binnenland – Dettifoss – Asbyrgi
25 juni 2010 Hofn – Oostkust – binnenland – Dettifoss – Asbyrgi
Vannacht (zoals elke nacht) om een uur of half drie naar het toilet. Niet dat dat zo bijzonder is maar wel noemenswaardig dat we het fototoestel erbij pakten. Het was een schitterende lucht met mooie oranje-rode wolken en hier helder weer. Als het morgenochtend toch zo zou zijn, dan hebben we een prachtige dag voor de boeg.
Helaas was het om acht uur weer behoorlijk grijs buiten, maar het was tenminste droog. We pakken de boel weer in, om te vertrekken zodat we om half tien weer op pad zijn. Langs de Zuidkant verder naar het Oosten. En het Oosten is ook mooi. De ringweg rijdt hier op de berghellingen langs de kust. En beneden bij de zee zien we rotspartijen afgewisseld met kleine zwarte strandjes vol zitten met vogels. En wat nog mooier is de zon komt steeds meer tevoorschijn. Zo volgen we de kust een tijdje tot Djupivogur een lief klein plaatsje met een mini haventje en ook een klein supermarktje dus er wordt weer wat ingekocht zodat we weer even vooruit kunnen.
Doordat we een geocache hebben van een mooie plek komen we nog bovenaan een prachtige waterval te staan bij Eyjolfsstadir. De waterval heeft hier allemaal ronde gaten gesleten in de rotsen en komt door een kloof in de berg. Dan het mooie zonnetje erop... het kan niet mooier.
Hiervandaan volgen we weer een binnenweg de 939 over de Oxi. Dit is echt een prachtige weg die voor ons met de 4x4 prima te doen is. Allemaal kleinere watervallen en veel uitgesleten kloofjes. Ook zien we nog hele plukken sneeuw liggen, dat het er nog ligt verbaast ons. De zon schijnt nog steeds dan zou het toch ook zo weg kunnen zijn maar we vergeten dat het buiten nog maar 6 graden is. Bovenop de berg maken we een broodje klaar en eten het lekker buiten op. Wat is het leven toch mooi en zeker als je vakantie hebt.
Via Egilsstadir komen we weer op de ringweg terecht. Dan slaan we rechtsaf naar de Dettifoss er stond al aangegeven dat het 30 kilometer lang een slechte weg was. Maar wij dachten, dat hebben we al vaker gehad. Helaas dit was echt ellendig. Allemaal overdwars ribbels over de weg en dat 30 kilometer lang. Het beste kon je maar zo hard mogelijk rijden maar met de opbouw van de camper achterop de auto is dat niet zo een goed idee want alles lijkt wel los te rammelen. Uiteindelijk komt ook hier een einde aan en zijn we er.
Wat een grote waterval, echt het water komt hier met een giga snelheid naar beneden vallen. Helaas is het wel een bruine waterval want deze rivier, de Jokulsa a Fjollum, vervoert heel veel modder en drab. We hadden bedacht om hier te gaan wild kamperen zodat we morgenochtend vroeg ook nog van de waterval konden genieten. Helaas mag dit niet, dus we rijden door naar Asbyrgi waar een camping is. Dit is wel een hele grote camping en voor het eerst deze vakantie ook behoorlijk druk. Het is dan ook vrijdagavond en er zullen wel veel weekendgasten zijn. De zon schijnt nog steeds en het is inmiddels al half elf.